• Plantinstructies

    Plantinstructies

Plantinstructies

De planten en bomen die bijSTOX Online levert zijn van uitstekende kwaliteit. Ze zijn met vakmanschap gekweekt en met zorg door ons geselecteerd. Aangroei zou geen problemen moeten opleveren wanneer de planten op de juiste wijze worden aangeplant. Daarom hebben wij met zorg deze plantinstructies geschreven waarin we tips geven zodat de planten goed aanslaan en groeien.

Wat moet je doen voordat je gaat planten

Het is van groot belang om te beginnen met schone grond. Dit betekent voedselrijke, luchtige en onkruidvrije grond. Als de grond vrij is van onkruid is het voldoende om de grond om te spitten. Wanneer er veel onkruid staat wat met de wortels diep in de grond gaat is het raadzaam om de bovenste laag grond af te voeren en te vervangen door verse zwarte grond. 

Zorg dat je de grond goed los maakt tot minimaal 50 cm. De wortels van planten ademen en hebben zuurstof nodig. Zorg er dus voor dat er in de grond geen harde lagen zitten. Voor de wortels is het heel lastig om hier doorheen te groeien. Bovendien blijft hier water op staan na een flinke regenbui. De grond raakt dan doordrenkt met water en zit zonder zuurstof. De wortels van je planten zullen in dit geval weg rotten. Wanneer water lang blijft staan is het raadzaam om gaten in de grond te boren van 70 á 80 cm diep. Deze gaten dien je dan op te vullen met grof grind. Een richtlijn hierin is 2 tot 3 gaten per vierkante meter.

Wanneer de grond los en luchtig is gemaakt is het belangrijk dat je zorgt dat er voldoende voeding in zit voor de planten. Dit kun je doen door organisch materiaal toe te voegen zoals siertuinbemesting, potgrond universeel/professioneel (bevat meer voeding voor de planten) of aanplantgrond. Aan het eind van het jaar kun je nog een laag compost aanbrengen zodat de grond voldoende voedzaam blijft. Dit hoeft niet ieder jaar.

Extra grondverbetering

Sommige planten vragen om meer specifieke voeding, zoals tuinturf. Tuinturf wordt gebruikt bij zuurminnende planten zoals bijvoorbeeld Rododendrons. Door het gebruik van tuinturf daalt de pH-waarde van de grond en het zorgt voor verhoging van het organische stof gehalte waardoor de grond beter vocht vast houdt.
Een andere grote groep planten, zoals bijvoorbeeld de Lavendel, de Helleborus en de Echinacea, heeft veel belang bij het toevoegen van kalk wat je bij voorkeur jaarlijks in de herfst of de late winter kunt strooien. Kalk zorgt in tegenstelling tot tuinturf juist dat de pH-waarde van de grond stijgt.

Nu kan er geplant worden

Voordat je gaat planten is het echt belangrijk dat de grond bewerkt is zoals wij hierboven hebben aangeven. Is de grond helemaal in orde kan het echte werk beginnen, het planten! We hebben verschillende stappenplannen gemaakt waarin je voor elke plant de juiste informatie kunt vinden.

Nazorg en onderhoud

Zeker in de eerste periode na het aanplanten is het belangrijk om de planten goed in de gaten te houden. De planten zijn nog jong en de wortels zijn nog kwetsbaar voor bijvoorbeeld langere periode van droogte. Geef daarom op tijd en voldoende water als het langdurig droog weer blijft. Dit geldt vooral in het groeiseizoen, van april tot oktober.

Planten met blote wortel

Belangrijk bij planten met blote wortel is dat ze zo snel mogelijk ingeplant dienen te worden (behalve bij vorst).
Wanneer dit niet lukt is het noodzakelijk om de plant op te kuilen. Met opkuilen bedoelen we een gat graven waar de plant tijdelijk in kan verblijven. Belangrijk is dat de wortels bedekt zijn met grond en dat de grond licht aangestampt wordt.

Lukt het niet om de planten meteen in te planten? Plaats de planten dan tijdelijk op een koele plek, bijvoorbeeld in de garage of buiten. Zorg dat je de planten dan wel flink water geeft en de wortels afdekt met folie. Zo voorkom je dat de wortels uit drogen. Na levering kun je maximaal 3 dagen wachten met inplanten.

Stappenplan:

  1. Graaf een ruim plantgat. Het gat moet zo groot zijn dat de wortels er zonder beschadigen in passen.
  2. Maak het plantgat goed vochtig. Dompel de wortels van de plant niet eerst in water. De wortels worden namelijk bij de kweker voorzien van goede bacteriën waardoor ze een goede start kunnen maken in de grond. Wanneer je de wortels eerst flink nat maakt spoelen deze bacteriën er vanaf.
  3. Vul het plantgat voor een deel met grondverbeteraar en meng dit met de grond in het plantgat. Let er hierbij wel op dat je het plantgat niet te ver vult, de wortels moeten er nog wel goed in passen.
  4. Plaats de plant in het plantgat en let er goed op dat deze op de juiste hoogte staat. Alleen de wortels moeten volledig bedekt worden met grond. Je kunt ook vaak aan de plant zien tot waar deze altijd in de grond heeft gestaan, er zit dan kleurverschil op de bast. Het donkere gedeelte moet in de grond zitten.  Wanneer de plant te diep in de grond staat kan dit zorgen voor schimmelvorming aan de stam.
  5. Zorg dat de plant met de mooiste zijde in het zicht staat. Vul het plantgat met de uitgegraven grond gemengd met aanplantgrond en druk deze licht aan.
  6. Bij het planten van bomen adviseren wij om meteen twee boompalen bij de boom te plaatsen. Eén paal komt aan de zuidwestkant op ongeveer 20 cm van de stam. De tweede paal komt aan de noordoostkant. Zorg dat de palen ongeveer 70 tot 80 cm diep in de grond staan. Zo zijn je bomen goed beschermd bij wind.
  7. Als de planten goed op hun plek staan is het tijd om water te geven. Zo geef je de wortels een goede start.

Planten met kluit

Belangrijk bij planten met kluit is dat ze zo snel mogelijk ingeplant dienen te worden (behalve bij vorst). Lukt dit niet? Plaats de planten dan zoveel mogelijk uit de zon op een koele plek. Zo beperk je verdamping van water via de bladeren. . Geef de planten wel voldoende water bij zodat ze niet uitdrogen. Na levering kun je maximaal 5 tot 6 dagen wachten met inplanten.

Stappenplan:

  1. Graaf een plantgat van 1,5 keer de grootte van de kluit.
  2. Vul het plantgat voor een deel met grondverbeteraar en meng dit met de grond in het plantgat. Let er hierbij wel op dat je het plantgat niet te ver vult, de wortels moeten er nog wel goed in passen.
  3. Maakt de kluit met de tuinslang op een zachte straal goed vochtig.
  4. Plaats de plant in het plantgat en let er goed op dat deze op de juiste hoogte staat. Alleen de kluit moet volledig bedekt worden met grond.
    LET OP! Zit er een jute zak om de kluit? Dan hoef je deze niet te verwijderen. Jute vergaat namelijk vanzelf binnen 1 jaar.
    Heeft de plant een draadkluit dan moet je deze aan de bovenkant openknippen en naar onderen open klappen. Zo voorkom je dat het ijzer in de stam groeit. Je hoeft ook een draadkluit niet te verwijderen.
  5. Vul het plantgat met de uitgegraven grond gemengd met grondverbeteraar en druk deze licht aan.
  6. Bij het planten van bomen adviseren wij om meteen twee boompalen bij de boom te plaatsen. Eén paal komt aan de zuidwestkant op ongeveer 20 cm van de stam. De tweede paal komt aan de noordoostkant. Zorg dat de palen ongeveer 70 tot 80 cm diep in de grond staan. Zo zijn je bomen goed beschermd bij wind.
  7. Als de planten goed op hun plek staan is het tijd om water te geven. Zo geef je de wortels een goede start.

Planten in pot

Het inplanten van planten in pot kan het gehele jaar door (behalve bij vorst).
Lukt dit niet? Plaats de planten dan zoveel mogelijk uit de zon op een koele plek. Zo beperk je verdamping van water via de bladeren. Geef de planten wel voldoende water bij zodat ze niet uitdrogen. 

Zorg bij het planten van vaste planten en bodembedekkers dat je de planten eerst verdeeld zoals je in gedachte hebt. Zo voorkom je dat je er tijdens het planten achter komt dat de verdeling niet klopt.

Stappenplan:

  1. Graaf een plantgat van 1,5 keer de grootte van de kluit.
  2. Vul het plantgat voor een deel met grondverbeteraar en meng dit met de grond in het plantgat. Let er hierbij wel op dat je het plantgat niet te ver vult, de wortels moeten er nog wel goed in passen.
  3. Haal de planten voorzichtig uit de pot. Dit kan door ze voorzichtig in je hand leeg te schudden of bij flink gewortelde planten de pot eraf te knippen. 2
  4. Maakt het plantgat goed vochtig of kies ervoor om de kluit 10 minuten in water te zetten (bij voorkeur regenwater).
  5. Plaats de plant in het plantgat en let er goed op dat deze op de juiste hoogte staat. Alleen de kluit moet volledig bedekt worden met grond.
  6. Vul het plantgat met de uitgegraven grond gemengd met grondverbeteraar en druk deze licht aan.
  7. Bij het planten van bomen adviseren wij om meteen twee boompalen bij de boom te plaatsen. Eén paal komt aan de zuidwestkant op ongeveer 20 cm van de stam. De tweede paal komt aan de noordoostkant. Zorg dat de palen ongeveer 70 tot 80 cm diep in de grond staan. Zo zijn je bomen goed beschermd bij wind.
  8. Als de planten goed op hun plek staan is het tijd om water te geven. Zo geef je de wortels een goede start.

Hagen

Het inplanten van hagen kan op onderstaande tijden in het jaar:
Wortelgoed: deze hagen kunnen van half oktober tot half april worden geplant behalve bij vorst.
Kluit: deze hagen kunnen van september tot en met april worden geplant behalve bij vorst.
Potgekweekt: deze hagen kunnen het hele jaar geplant worden behalve bij vorst.
 
Lukt dit niet? Plaats de planten dan zoveel mogelijk uit de zon op een koele plek. Zo beperk je verdamping van water via de bladeren. Geef de planten wel voldoende water bij zodat ze niet uitdrogen. 

Stappenplan:

  1. Bepaal de plaats van de haag en span een koord waar de haag langs moet komen.
  2. Zet een haag nooit strak tegen een rand van een pad of terras aan.
  3. Steek met een spade langs het volledig strak gespannen koord recht naar beneden zodat de plantgeul één strakke rechte zijde krijgt.
  4. Graaf de plantgeul uit en leg de grond op de rand. Maak de plantgeul iets dieper dan de wortels lang zijn.
  5. Maak de plantgeul en de kluit (indien deze droog aanvoelt) goed vochtig.
  6. Meng de uitgegraven grond met bodemverbeteraar. Richtlijn hierin is 20 liter aanplantgrond per strekkende meter.
  7. Handig is om iemand te vragen die je kan helpen de planten vast te houden met het inplanten. Zet nu de haagplanten in de geul aan de zijde van het koord en verdeel ze over de totale lengte. Houdt de planten één voor één strak tegen de rechte kant van de plantgeul. Let op de verdeling en de juiste diepte. Schuif met een spade een beetje grond met de aanplantgrond tegen de wortels zodat de planten blijven staan. LET OP! Zit er om de kluit een jute zak dan hoef je dit niet te verwijderen, dit vergaat vanzelf. Wanneer er een pot om de kluit zit dien je dit wel voor het inplanten te verwijderen.
  8. Als alle planten op hun plek staan kun je de plantgeul verder vullen met de overgebleven grond.
  9. Druk de grond met je voet goed aan. Je kunt op deze manier de planten nog wat rechtop duwen als dit nodig is door aan de juiste kant de grond aan te duwen.
  10. Werk de grond rondom netjes af met een hark.
  11. Knip de overhangende takjes en topjes met een heggenschaar om de haag netjes te maken.
  12. Bij droogte is het raadzaam om de planten na het inplanten meteen wat extra water te geven.

Heb je nog vragen of twijfel je? Mail dan met onze groenspecialisten via klantenservice@bijstox.nl